ONDERZOEKEN

Elke ouder maakt zich weleens zorgen over zijn kind. Maar soms worden de zorgen te groot en lijkt er meer aan de hand te zijn. De ontwikkeling stagneert, op school zijn er problemen en uw kind zit niet lekker in zijn vel. Dan is het goed om verder te kijken en hulp in te schakelen. Er zijn verschillende soorten onderzoeken die duidelijkheid kunnen geven over wat er aan de hand is. Samen bekijken we op welke vragen u als ouder antwoord wilt hebben en welk onderzoek zinvol kan zijn.

Wanneer het onderzoek is afgerond, bespreek ik met u de resultaten. Uw kind mag bij dit gesprek aanwezig zijn. Vanzelfsprekend ontvangt u een schriftelijke rapportage van het onderzoek.

In sommige gevallen kan het goed zijn de cognitieve capaciteiten van een kind in kaart te brengen. Wat zijn sterke kanten en op welke gebieden komt een kind misschien vaardigheden tekort? Ook geeft dit onderzoek meer zicht op schoolse vaardigheden, zoals aandacht, concentratie, (werk-) geheugen, werkhouding, en taakaanpak.

De meest gebruikte test is op dit moment de WISC V, bedoeld voor kinderen van 6-16 jaar. Het is de opvolger van de WISC III. WISC IV werd in Nederland nooit uitgebracht. Deze nieuwste versie is aangepast aan nieuwe ontwikkelingen en inzichten, maar ook aan de huidige, moderne tijd. Er zijn een aantal nieuwe subtesten toegevoegd en een aantal oude zijn eruit gehaald. Daarnaast wordt er nu gewerkt met indexen i.p.v. schalen.

Voor de jongere kinderen is er de WPPSI-IV, bedoeld voor kinderen van 2,5-6 jaar.
Voor de kinderen bij wie er vermoedelijk sprake is van (hoog)begaafdheid, is er de KIQT+, bedoeld voor kinderen van 5-10 jaar.

Met elkaar zullen we bekijken welke test het meest geschikt is en of er een vraag ligt voor een IQ-onderzoek of voor een IQ-meting.

Bij de meeste kinderen verloopt de ontwikkeling van het lezen en spellen goed. Sommige kinderen leren dit wat minder snel. Ze krijgen dan op school extra hulp en ruim de helft van deze kinderen gaat dan goed vooruit met lezen en spellen.  Als een kind ondanks gerichte hulp en begeleiding niet vooruit gaat, kan er sprake zijn van dyslexie.

Een kind kan erg moe zijn aan het eind van een schooldag, omdat het lezen en spellen zoveel energie kost. Het lezen gaat dan niet vanzelf, het kind moet voortdurend ontsleutelen wat er staat geschreven, of altijd diep nadenken hoe je ook alweer iets schrijft. Het kan zijn dat een kind gaat denken dat hij dom is, omdat het telkens fouten blijft maken. Dat is niet goed voor het zelfvertrouwen. Als kinderen horen dat ze dyslexie hebben, zijn ze vaak opgelucht.

Slimme kinderen hebben het niet altijd gemakkelijk op school. Ze hebben een ander denkniveau, gaan zich vervelen en voelen zich vaak niet begrepen door hun leeftijdgenootjes. De lesstof is al gauw saai. Het kan zijn dat ze gaan onderpresteren, waardoor het niet duidelijk is dat ze slimmer zijn. Vaak moeten ze zich aanpassen aan het schoolsysteem, maar omdat ze gedemotiveerd raken kunnen er gedragsproblemen ontstaan.

Om hoogbegaafdheid te meten bij jonge kinderen, maak ik gebruik van de KIQT+ (Kinder IQ Test). Deze test is bedoeld voor kinderen van 5-10 jaar. Het is de enige test die goed werkt bij het meten van een IQ tot 170. Juist in het hoge gebied differentieert de KIQT goed. Daarnaast is het fijn dat deze test rekening houdt met het feit dat kinderen ‘te moeilijk’ kunnen denken.

Als u weet dat uw kind hoogbegaafd is, kunt u op zoek naar een passende leeromgeving. Bijvoorbeeld door extra lesstof op school te vragen. Soms is aansluiten bij een klas of school voor hoogbegaafde kinderen een goede oplossing.

Soms geven het gedrag en de ontwikkeling van een kind aanleiding tot zorg. U vraagt zich wellicht af: “Wat is er toch met mijn kind?” In dat geval is het goed om samen te bekijken wat er aan de hand kan zijn en welk onderzoek passend is.

Het zal dus een onderzoek op maat zijn, maar in elk geval zal er een moment zijn waarop uw kind onderzocht wordt met tests en vragenlijsten.  Ook is het waarschijnlijk dat ik u als ouders vraag om vragenlijsten over uw kind in te vullen en dat u vragenlijsten meekrijgt voor de leerkracht van uw kind. Daarnaast kunnen we er samen voor kiezen dat ik uw kind in de klas ga observeren.